Evenwicht en gemak
Een evenwichtige houding vereist minimale spierinspanning om in positie te blijven of een actie uit te voeren. De juiste uitlijning tussen het hoofd, de romp en de armen en benen geeft ons dat evenwicht en laat ons gemakkelijk bewegen. Viool spelen met een goede houding voorkomt vermoeidheid en blessures en verbetert tegelijkertijd onze toon en nauwkeurigheid.
Benen en voeten
De juiste positie om viool te spelen moet vanaf het begin worden aangeleerd. Het wordt moeilijker om dit probleem aan te pakken zodra de student de vroege stadia heeft doorlopen, omdat hij / zij zich zal bezighouden met complexe technieken en repertoire. Zonder een ontspannen staande positie kan de spanning in de benen en voeten zich naar het bovenlichaam verspreiden, wat het bewegingsgemak verstoort.
Om evenwicht aan de voeten te bereiken, stel je voor dat alle drie de punten: de hiel, de buitenste bal en de binnenste bal van de voeten het gewicht van het lichaam gelijkmatig ondersteunen. Probeer een beetje op je voeten te stuiteren om te zien hoe het gewicht wordt verdeeld. De voeten moeten ongeveer schouderbreedte uit elkaar staan bij het spelen van de viool.
Vervolgens mogen de knieën en enkels niet worden vergrendeld. Ze moeten flexibel blijven en in lijn met de dijen. De hele benen vormen een zeer behendige maar toch stabiele ondersteuning van de romp.
Torso: taille, borst en schouders
Het bekken rust direct op de benen, zonder in welke richting dan ook te worden geduwd. Het bekken is verbonden met de basis van onze ruggengraat en vaak is het de belangrijkste oorzaak van veel problemen in onze houding. Als de heup naar voren zwaait, moet de onderrug meer spanning aannemen. Wanneer dit gebeurt, kunnen we vanaf de zijkant van het lichaam van de persoon zien dat de schouder zich achter de uitlijning van het onderlichaam bevindt. Zo'n positie wordt vaak gezien bij magere mensen, meestal met hun knieën ook op slot.
Het bovenlichaam moet in lijn zijn met het bekken. Als de voorkant van het lichaam instort, zal het lichaam gaan bukken. Het openen van de voorste romp en het vinden van de steun in de hoofdspieren van de rug geven ons een evenwichtige houding in het bovenlichaam.
De schoudergordels, waaronder de sleutelbeenderen en de schouderbladen, rusten bovenop de gebalanceerde romp, met de armen aan beide zijden naar beneden. Het is belangrijk om de schoudergordels wijd en ontspannen te houden. Bij grote bewegingen in het vioolspel, zoals lange strijkbewegingen, moeten de schoudergordels betrokken zijn. Door ze te isoleren, ontstaat stijfheid en een zwakke toon.
Probeer, wanneer de armen omhoog worden gehouden, de steun te voelen die afkomstig is van de rugspieren (de ruitvormige spieren, die de schouderbladen verbinden met de wervelkolom). Dit zou gemakkelijk moeten gebeuren als het lichaam goed uitgelijnd is. Het versterken van de romboïdale spieren met oefeningen kan nuttig zijn voor violisten.
Nek en hoofd
Bij het vasthouden van de viool mogen we de schouders niet opheffen en ons hoofd niet laten zakken wat comfortabel is. Het vinden van de juiste kinsteun speelt hierbij een belangrijke rol, aangezien een kinsteun met de juiste hoogte onnodige spanning in onze schouders en nek kan voorkomen.
De schouders moeten zo ontspannen mogelijk blijven, terwijl het hoofd met een zacht knikje het hele gewicht op de kin rust. Daarvoor moet de viool eerst een goede ondersteuning op de schouder vinden, zodat hij niet naar voren naar de borst glijdt. De nek is een verlengstuk van de wervelkolom en mag niet worden gemaakt om onnodige spanning op te nemen. Vergeet niet om de nek te allen tijde naar boven te verlengen, met het hoofd lichtjes gebalanceerd bovenop de nek.
Het is belangrijk om het hoofd zo verticaal mogelijk te houden. Terwijl we ons hoofd naar links draaien, proberen we de beweging vanaf de achterkant van de nek te initiëren. Dit voorkomt dat we ons hoofd naar voren steken of ons hoofd te veel kantelen. Dit wordt vaak gezien bij jonge kinderen, en daarom moeten we hen eraan herinneren om 'de viool naar het lichaam te brengen' en niet andersom.
Houd de kaak te allen tijde ontspannen. Hoewel we niet willen dat we onze mond open hebben als we viool spelen, moeten we er rekening mee houden dat de tanden uit elkaar moeten blijven. Idealiter moeten we kunnen praten als we de viool vasthouden. De linkerhand is mede verantwoordelijk voor de ondersteuning van de viool.
Mimi Zweig's String Pedagogy
Een goede houding kan alleen met succes worden verkregen als het hele mechanisme van het lichaam perfect onder controle is.
- Joseph Pilates